Het kabinet wil ondernemers stimuleren om ook in moeilijke economische tijden te blijven investeren. Derhalve hebben zij een tijdelijke crisismaatregel voorgesteld, waarbij ondernemers met personeel aanspraak kunnen maken op een investeringskorting, de zogenaamde Baangerelateerde Investeringskorting (hierna BIK). Het voorstel voor de BIK is onderdeel geworden van het Belastingplan 2021 en zal naar alle waarschijnlijkheid op 1 januari 2021 worden ingevoerd. Er bestaat aanspraak op BIK voor investeringen waarvan de verplichting is aangegaan op of na 1 oktober 2020.
In de fiscale wetgeving zijn er meerdere investeringskortingen opgenomen zoals de Kleinschaligheids-investeringsaftrek (KIA) Milieu-investeringsaftrek (MIA) de Energie-investeringsaftrek (EIA) en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL). Deze blijven bestaan en de BIK zal hieraan worden toegevoegd. Anders dan de reeds bestaande investeringsaftrekken welke via de inkomsten- of vennootschapsbelasting worden verrekend, zal de BIK verrekend worden bij de aangifte loonheffingen als een afdrachtsvermindering. Hierdoor kunnen ook verlieslijdende ondernemingen direct profiteren van deze regeling. De BIK geldt zowel voor ondernemingen in de vennootschapsbelasting als voor ondernemers in de inkomstenbelasting.
Investeringen
Het recht op de BIK geldt voor investeringen in nieuwe niet eerder gebruikte bedrijfsmiddelen waarvoor de investeringsverplichting is aangegaan op of na 1 oktober 2020. Helaas geldt de BIK niet voor alle bedrijfsmiddelen, want als ondergrens heeft het kabinet voorgesteld: minimaal € 1.500 per bedrijfsmiddel en minimaal € 20.000 per BIK aanvraag. De achterliggende reden van deze ondergrens is onduidelijk en naar wij hopen, zal hier nog een wijziging in gaan plaatsvinden zodat ook het MKB baat zal hebben bij deze regeling.
Een andere voorwaarde voor de BIK ziet op het moment van de betaling. Deze moet liggen tussen 1 januari 2021 en 31 december 2022. Na het moment van volledige betaling moet het bedrijfsmiddel ook binnen zes maanden feitelijk in gebruik worden genomen. Investeringen gedaan op of na 1 oktober 2020 moeten pas betaald worden vanaf 1 januari 2021, anders vervalt het recht op de BIK.
Enkele bedrijfsmiddelen zijn uitgezonderd voor de BIK en hierbij heeft het kabinet aansluiting gezocht bij de uitgezonderde bedrijfsmiddelen voor de KIA, MIA en EIA. Enkele voorbeelden van uitgesloten investeringen: gronden, bedrijfsmiddelen welke hoofdzakelijk zijn bestemd om ter beschikking te worden gesteld (verhuur), woonhuizen, personenauto’s etc.
Hoogte BIK
De hoogte van de BIK is afhankelijk van hoogte van de investeringen. Hierbij kunnen een drietal situaties worden onderscheiden
1. Investeringen < € 20.000. 0,00% BIK
2. Investeringen > € 20.000 – € 5.000.000 3,90% BIK
3. Investeringen > € 5.000.000 180% BIK
Aanvraag BIK
Om in aanmerking te komen voor de BIK, dient er een aanvraag gedaan te worden bij het Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Naar verwachting zal de aanvraag pas vanaf
1 september 2021 mogelijk zijn, omdat er tijd nodig is om de nieuwe regeling bij het RVO te organiseren. Het aanvragen van de BIK dient uiterlijk binnen drie kalendermaanden na afloop van het investeringsjaar plaats te vinden. Per jaar kunnen maximaal vier aanvragen worden gedaan maar niet meer dan één aanvraag per kalenderkwartaal. Voor investeringen vanaf oktober 2020 t/m december 2021, zal het laatste moment van aanvraag 31 maart 2022 zijn. Indien de aanvraag zal worden geaccepteerd door het RVO ontvangt de belastingplichtige een BIK-verklaring, waarmee het recht ontstaat om de afdrachtsvermindering te effectueren.
Fiscale eenheid vennootschapsbelasting
De BIK is vormgegeven als een afdrachtsvermindering in de loonheffing. Omdat de BIK is gekoppeld aan de afdracht van loonheffing kunnen bedrijven de korting alleen verzilveren als zij voldoende werknemers (met een voldoende hoog loon) in dienst hebben. Voor bedrijven die dat niet hebben, is geen andere verzilveringsmethode beschikbaar. Ook de situatie waarbij een holding-B.V. wenst te investeren, maar waarbij het personeel op de loonlijst van de werk-B.V. staat, kan de BIK vooralsnog niet verzilveren.
Een oplossing in deze kan gezocht worden in het overzetten van personeel naar de Holding-B.V., maar veelal is dit niet wenselijk. Enige mogelijkheid om de BIK te verzilveren is het tijdig aangaan van een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. Indien meerdere vennootschappen deel uitmaken van een fiscale eenheid vennootschapsbelasting, kan een BIK-verklaring slechts door een van die vennootschappen worden aangevraagd (de aangewezen BIK-inhoudingsplichtige). In de aanvraag kunnen de investeringen worden opgenomen van alle vennootschappen binnen die fiscale eenheid. De aangewezen BIK-inhoudingsplichtige deelt het aan te vragen bedrag aan BIK-afdrachtvermindering in de aanvraag toe aan de andere inhoudingsplichtigen die deel uitmaken van de fiscale eenheid. Als de aangewezen BIK-inhoudingsplichtige geen toedeling aangeeft, wordt het bedrag aan BIK-afdrachtvermindering volledig aan de aangewezen BIK-inhoudingsplichtige toegekend.
Kort samengevat
• Een afdrachtsvermindering loonheffingen voor investeringen in bedrijfsmiddelen na 1 oktober 2020;
• Ondergrens: € 1.500 per bedrijfsmiddel en € 20.000 per BIK aanvraag;
• Betaling van de investeringsverplichting pas na 1 januari 2021;
• Aanvraag noodzakelijk, waarschijnlijk vanaf 1 september 2021.
Dit artikel is geschreven door Rudie Nass, Belastingadviseur.