Vanaf 2020 worden de regels voor een ter beschikking gestelde fiets een stuk eenvoudiger. Werkgevers die een normale fiets of elektrische fiets ter beschikking stellen aan een werknemer kunnen gebruik maken van een nieuwe forfaitaire regeling. Er komt een bijtelling van 7% per jaar voor het privégebruik van de (elektrische) fiets. Dit is een eenvoudige regeling die lijkt op de regeling voor de auto van de zaak. 

Wat zijn nu de mogelijkheden voor een fiets van de zaak. Is het nu wel zo aantrekkelijk om een leasefiets aan te schaffen?

Laten we voor u eens een aantal zaken op een rij zetten.
Leasefiets in 2020
Stel de werkgever geeft een werknemer de mogelijkheid voor een leasefiets. Deze werknemer woont 12 km van zijn werk en krijgt daarvoor een onbelaste reiskostenvergoeding van € 81,32 per maand.
De leasefiets die hij heeft uitgekozen bedraagt € 2.500,- (incl. verzekering en alle onderhoudskosten). De leasekosten zijn € 81,- per maand bij een leasetermijn van 36 maanden. 
Wat kost de werknemer de fiets? 

Bijtelling 7% van € 2.500,– (€ 14,58 per maand bruto) €   5,45 per maand netto
Inleveren onbelaste reiskostenvergoeding € 81,32 per maand netto
Kosten € 86,77 per maand netto

Maar let op…de onbelaste reiskostenvergoeding van € 81,32 per maand vervalt (*)

(*) 
De werkgever mag een onbelaste reiskostenvergoeding (Max € 0,19 per km) verstrekken als er niet met de leasefiets wordt gereisd. Als de werknemer met de trein reist, mogen de werkelijke kosten vergoed worden. Werkgever en werknemer moet wel aannemelijk kunnen maken dat de werknemer geen gebruik heeft kunnen maken van de leasefiets als hij de zakelijke kilometers per trein/auto aflegt. Als werkgever moet u dus gaan bijhouden welke werknemer op welke dag wel en op welke dag geen gebruik heeft gemaakt van de leasefiets.

Na 36 maanden, als de leasetermijn afloopt, heeft de fiets € 3.123,72 gekost (36 x € 86,77). Omdat de fiets ter beschikking is gesteld moet de werknemer bij uitdiensttreding zijn fiets inleveren of afrekenen. Daarbij komt nog de overnameprijs van de leasefiets waarmee de totale kosten € 3.498,72 zijn. 

Wat kost deze fiets de werkgever eigenlijk?

Als een werknemer, die dichter bij het werk woont en geen reiskostenvergoeding ontvangt, een leasefiets rijdt dan rijdt hij voor € 5,45 per maand op een mooie fiets. De totale kosten voor de werknemer na 36 maanden zouden dan € 196,20 (€ 5,45 x 36) bedragen.

De kosten die de werkgever betaald zijn de leasekosten van € 81,- per maand. Voordeel voor de werkgever ontstaat pas als er een reiskostenvergoeding van € 81,32 of meer per maand wordt verstrekt. Maar dan vervalt het voordeel voor de werknemer weer…

De werkgever kan vanuit het oogpunt van vitaliteit een leasefiets ter beschikking stellen. 
Vooralsnog lijkt het op een kostenpost voor de werkgever. Gedurende de looptijd van de lease heeft de werkgever een bedrag betaald van 36 x € 81,- = 2.916,-.
De werknemer heeft daarvoor de reiskostenvergoeding ingeleverd. De regeling lijkt op een sigaar uit eigen doos.

Maar bestaande regelingen kunnen nog steeds worden toegepast. Bijvoorbeeld:

Lening voor fiets
De werknemer schaft privé een fiets aan met een aankoopwaarde van € 2.500,-. De werkgever kan voor ditzelfde bedrag een lening verstekken aan zijn werknemer voor de aankoop van deze fiets. Over de lening dient normaal gesproken rente te worden berekend. Echter bij een lening voor een fiets mag dit renteloos. De werknemer kan de lening vervolgens aflossen via zijn onbelaste reiskostenvergoeding woon-werkkilometers. In dit geval is dan de lening na 31 maanden afgelost.
Daarbij komt nog dat de € 2.500,- niet mee genomen hoeft te worden in de forfaitaire ruimte van de werkkostenregeling.

Of verrekening via het brutoloon.
De werknemer gaat salaris, vakantiegeld, overuren of bovenwettelijke verlofdagen inleveren en hiervoor een fiets van de zaak aanschaffen. Het voordeel voor de werknemer zou dan bij een belastingtarief van 37,35% € 933,75 bedragen. (€ 2500 * 37,35%).

De vergoeding van deze fiets (de factuur) valt dan in de werkkostenregeling (forfaitaire ruimte). Als de forfaitaire ruimte al geheel is benut, dan is de werkgever hierover 80% eindheffing verschuldigd. Om deze eindheffing te voorkomen kunt u met uw werknemers afspreken dat uitruilen via een cafetariaregeling enkel mogelijk is binnen de forfaitaire ruimte.
Kleine werkgevers hebben over het algemeen een geringe forfaitaire ruimte. 

Voor de werkgever is de uitdaging om een vitaal beleid voor de werknemers samen te stellen waarbij beide partijen voordelen uit kunnen halen.

 
Bron: Fri, 15 Nov 2019 10:28:35 +0100