Wanneer partners uit elkaar gaan en over moeten gaan tot de het verdelen van – en het aangeven van de eigen woning in de belastingaangifte, leidt dit vaak tot veel vragen en onduidelijkheden. Is de eigenwoningregeling van toepassing, wie betaalt de hypotheekrente, wie heeft recht op aftrek etc. 

Veelal is de woning en de daarop rustende hypothecaire schuld een gezamenlijk bezit. Bij een echtscheiding zal de woning of verkocht moeten worden dan wel moeten worden overgenomen door één van de partijen (uitkoop ex). Tot aan het moment van verkoop dan wel het uitkopen van de ex, gelden er speciale fiscale spelregels. Opgemerkt dat in het jaar van echtscheiding nog gekozen kan worden om het gehele jaar als fiscale partners aangemerkt te worden, zodat de aftrekpost eigen woning vrijelijk verdeeld kan worden tussen de partners. Kiest men hier niet voor of kan men niet meer kiezen voor het fiscale partnerschap, dan kunnen 4 situaties onderscheiden worden: 

1. Ik blijf in ons huis wonen
In beginsel bent u 50% (uitgangspunt) eigenaar van de woning en de hypotheekschuld, waardoor u ook maar 50% van de woning en de hypotheek dient aan te geven in de belastingaangifte. Uw ex-partner doet hetzelfde. Betaalt u eveneens de hypotheeklasten van uw ex-partner omdat u in de woning blijft wonen, dan kunt u mogelijk aanspraak maken op een aftrekpost voor onderhoudsverplichtingen (partneralimentatie). Op deze wijze krijgt u 50% aftrek onder de eigenwoningregeling en 50% aftrek onder de onderhoudsverplichting, waardoor u de volledige aftrek hebt. Voor uw ex-partner houdt dit in, dat uw ex-partner 50% aftrek heeft onder de eigenwoningregeling, maar daartegenover staat dat hij het deel dat u voor hem heeft betaald weer moet bijtellen op zijn inkomen. Per saldo heeft uw ex-partner dan geen aftrek in zijn belastingaangifte.

2. Ik blijf in het huis van mijn ex wonen
U bent geen eigenaar van de woning of de hypothecaire schuld, waardoor u in beginsel geen recht hebt op aftrek in uw belastingaangifte. Indien u toch een deel van de hypotheekrente betaalt, hebt u mogelijk recht op de aftrekpost voor onderhoudsverplichtingen. Indien u recht hebt op deze aftrekpost, dient uw ex-partner dit bedrag vervolgens aan te geven als ontvangen partneralimentatie. 

3. Mijn ex blijft in ons huis wonen
De situatie is in beginsel gelijk aan de situatie onder 1. U bent beide eigenaar en geeft beide uw deel aan in de belastingaangifte. Omdat u uit de woning bent vertrokken, is de woning niet meer uw hoofdverblijf, waardoor de eigen woning komt te vervallen. Echter geldt er een overgangsperiode van 2 jaren vanaf het moment dat u de woning hebt verlaten. Gedurende die 2 jaren kunt u de woning nog als een eigen woning aanmerken waardoor het recht op aftrek (50%) blijft bestaan. Verlaat uw ex de woning binnen die 2 jaar en staat de woning niet leeg en in de verkoop, dan stopt bij u de eigenwoningregeling. Betaalt u het deel van de hypotheek voor uw ex partner en valt dit nog binnen de tweejaarsperiode, dan hebt u voor dit deel mogelijk recht op de aftrekpost voor onderhoudsverplichtingen. Verstrijkt de tweejaarsperiode en hebt u de woning en de schuld nog niet verdeeld, dan stopt voor u de eigenwoningregeling en daarmee ook het recht op aftrek.

4. Mijn ex blijft in mijn huis wonen
U bent eigenaar van de woning en de schuld, waardoor u recht hebt op de volledige aftrek onder de eigenwoningregeling. Dit recht blijft gelden gedurende 2 jaren nadat u de woning hebt verlaten. Na deze periode hebt u geen recht meer op aftrek. Betaalt uw ex partner mee aan de hypotheekrente, dan heeft uw ex-partner mogelijk recht op een deel van de aftrek (onderhoudsverplichting). In uw aangifte zal dit vervolgens weer als ontvangen partneralimentatie aangegeven moeten worden. 

Ten slotte
Naast bovengenoemde situaties is het van belang om kort aandacht te schenken aan de nieuwe regels voor het recht op aftrek van de hypotheekrente. Als u op of na 1 januari 2013 een nieuwe hypothecaire lening afsluit, dan krijgt u te maken met strengere fiscale regels. Sindsdien mag de rente over de extra lening, alleen afgetrokken worden als deze lening volledig en binnen 360 maanden (30 jaar) ten minste annuïtair zal worden afgelost. Zelfs als u het gedeelte van de bestaande lening van de ex-partner overneemt, bent u voor de extra financiering voortaan verplicht deze minstens annuïtair af te lossen om aftrekrecht te behouden. U valt namelijk alleen voor de hoogte van de eigen leningdeel op 31 december 2012 onder het overgangsrecht. Voor dit leningdeel gelden de aflossingseisen niet. Voldoet een hypothecaire lening niet aan de eisen of wordt een aflossingsverplichting niet nageleefd, dan verliest u het recht op hypotheekrenteaftrek voor dat deel van de lening.

Wilt u meer informatie of wilt u weten wat in uw situatie de fiscale consequenties zijn, neem dan contact op met één van onze fiscalisten.

 
Bron: Thu, 06 Feb 2020 12:11:44 +0100